AI was jarenlang een soort individuele ervaring. Jij en een chatbot, op je laptop of telefoon, in een soort één-op-één gesprek. Maar wat als AI net zo sociaal wordt als Instagram of Spotify? Meta’s nieuwe AI-app doet precies dat: het maakt kunstmatige intelligentie onderdeel van je sociale netwerk. En dat is even wennen – maar misschien ook een gamechanger.
Wat doet de app? Je kunt ermee praten, tekst genereren, plaatjes maken, je slimme bril koppelen… niets nieuws onder de zon, zou je zeggen. Maar het verschil zit ‘m in de Discover-feed. Die laat zien wat anderen doen met AI. Prompts, vragen, beelden – alles wat mensen delen – kun je bekijken, liken, aanpassen of zelf gebruiken. Een soort TikTok, maar dan niet voor dansjes, maar voor AI-ideeën.
Waarom doet Meta dit? Omdat het iets goed begrijpt: AI is pas écht krachtig als het gedeeld wordt. In plaats van zelf eindeloos sleutelen aan de perfecte prompt, kun je straks gewoon zien hoe anderen het aanpakken. Net zoals je muziek deelt op Spotify of recepten op Pinterest. En als bedrijf met miljarden gebruikers is Meta perfect gepositioneerd om daar een platform voor te bouwen.
Wat is er goed aan? De technologie is indrukwekkend. Gebouwd op Llama 4 – het eigen AI-model van Meta – is de app snel, persoonlijk en spraakgestuurd. Je kunt wisselen tussen tekst, beeld en stem, en als je een Meta-bril hebt, loopt het gesprek gewoon mee van bril naar telefoon naar desktop. De AI onthoudt wat jij belangrijk vindt – van je vakantieplannen tot je voorkeur voor vegetarisch eten – en maakt antwoorden steeds persoonlijker.
Maar er zijn kanttekeningen. De app is voorlopig alleen in een paar Engelstalige landen volledig beschikbaar. En belangrijker: die persoonlijke ervaring vraagt om data. Veel data. Van wat je post op Facebook tot wie je volgt op Instagram. Volgens Meta gebeurt dat alleen met toestemming, en je kunt instellen wat je wel of niet deelt. Maar feit blijft: hoe persoonlijker de AI, hoe meer je moet prijsgeven. En dat roept vragen op over privacy, zeggenschap en transparantie – zeker gezien Meta’s verleden.
Dan is er nog het sociale aspect zelf. Want hoe zinvol is het om door de AI-gesprekken van anderen te scrollen? Voor de een een bron van inspiratie, voor de ander vooral chaos of zelfs onbedoeld oversharing. De waarde van die feed hangt dus sterk af van de community eromheen.
En hoe betrouwbaar is de AI eigenlijk? In tests maakt Meta’s assistent nog regelmatig simpele fouten – van verkeerde rekenantwoorden tot kromme logica. Dat is niet uniek voor Meta, maar het onderstreept wel dat deze app nog niet klaar is voor serieuze toepassingen zoals zorg of juridische hulp. Het is een consumentenproduct – voor nu vooral bedoeld om te ontdekken, spelen en experimenteren.
Dus wat is het eindoordeel? De nieuwe Meta AI-app is geen simpele ChatGPT-kloon. Het is een strategische zet die AI uit het isolement haalt en onderdeel maakt van het sociale web. Dat is slim, ambitieus, en ook een tikje spannend. Want als AI net zo invloedrijk wordt als sociale media, moeten we extra goed nadenken over regels, bescherming en zeggenschap.
Meta heeft met deze app misschien niet het slimste AI-model, maar wel het grootste podium. En dat kan de manier waarop we AI gebruiken – en samen beleven – definitief veranderen. De toekomst van AI wordt niet alleen slimmer. Ze wordt ook… socialer.